Skip to main content

Ik vind het zo mooi om te zien dat cliënten zoveel vertrouwen hebben in de Heere’’

Na jaren voor haar gezin gezorgd te hebben, besloot Sandra Hoekman om weer aan de slag te gaan. ‘’Het moederschap vond ik lastig combineren en ik wilde er zijn voor m’n kinderen. Nu ze wat ouder zijn, kreeg ik zin om weer aan de slag te gaan.’’ Sandra werkt als zij-instromer bij Siloah in Bodegraven. Eén dag in de week gaat ze naar school en verder werkt ze op de groep. ‘’Ik heb het heel erg naar m’n zin!’’

‘’Voordat ik bij Siloah kwam werken, heb ik een kleine tijd gewerkt in een verzorgingshuis bij ons op ’t dorp. Het was een reguliere organisatie, zonder christelijke achtergrond. Maar ik vond het wel makkelijk, omdat het dicht bij huis was. Ik kwam te werken op een gesloten afdeling met dementerende bejaarden. Echter kwam ik er al snel achter dat het niks voor mij was. Collega’s hadden verschillende achtergronden. Ook werd er veel gevloekt door zowel collega’s als bewoners, het knetterde over de vloer. Ik nam alles mee naar huis en lag er ’s nachts van te dromen. Dat hield ik niet vol, ik moest echt weg.’’

Werken vanuit de liefde van m’n hart
Na deze vervelende werkervaring is Sandra verder gaan zoeken en kwam ze bij Siloah uit. ‘’Ik had geen ervaring in de gehandicaptenzorg, de doelgroep was me onbekend. Maar ik wilde graag werken vanuit de liefde van m’n hart. Zeker bij mensen met een beperking kun je die liefde kwijt.’’

Sandra start vaak rond 7.00 uur met het uit bed halen van de cliënten. Dan bidt ze met ze en ’s avonds bij het naar bed gaan, leest ze met de cliënt een stukje uit een dagboekje. ‘’Ik vind het zo mooi om te zien dat cliënten zoveel vertrouwen hebben in de Heere. Pas had een cliënt keelpijn en toen vroeg ze aan me: Mag ik aan de Heere vragen of het overgaat? Dat heeft ze gedaan en toen was het goed. Ze vertrouwde erop dat de Heere voor haar zou zorgen. Dat pure vind ik zo mooi. Daar kan ik zelf nog wat van leren.’’

Uitzendkrachten
‘’Wat ik lastig vind, is dat er op onze locatie veel gewerkt wordt met uitzendkrachten. Dat gaat niet altijd goed. Als we bijvoorbeeld aan tafel gegeten hebben en we lezen uit de Bijbel, dan lopen ze soms zomaar even weg. Je verwacht dat ze aanpassen, want je kiest er zelf voor als je als uitzendkracht hier komt werken. Als een cliënt door een uitzendkracht naar bed wordt gebracht, vraag ik me af of er uit het dagboekje wordt gelezen en er gebeden wordt. Ik wil er niet bovenop zitten, maar dat vind ik wel zorgwekkend.’’